Gewoonten

Gewoonten zijn handelingen die je gewend bent om uit te voeren. Dit doe je onbewust, dus zonder erbij na te denken. Een gewoonte onstaat doordat het is gekoppeld aan een bepaalde routine, wat na verloop van tijd in je hersenen wordt ingeprent en een patroon vormt. Gemiddeld duurt het zo'n 66 dagen om een nieuwe gewoonten te vormen, maar dit verschilt per gewoonte. Gewoonten kunnen zowel ongezond als gezond zijn. De meeste mensen vinden het niet moeilijk om minstens één slechte gewoonte van zichzelf op te noemen, bijvoorbeeld roken of te veel (ongezond) eten. Gewoonten zijn hardnekkig en hoe langer een gewoonte onderdeel is van je leven (en je brein), hoe lastiger het is om er vanaf te komen. Maar het tegenovergestelde is ook waar: hoe langer je nieuw gedrag uitvoert, hoe groter de kans is dat je het blijft volhouden. Je vormt nieuwe paadjes in je brein en de oude paadjes raken overwoekerd. Een manier om van slechte gewoonten af te komen is door deze te vervangen met nieuw gedrag. Zo is een gewoonte altijd gekoppeld aan een bepaalde situatie, die een trigger vormt voor het gewoontegedrag. Stel dus vast welke trigger bij jouw gewoonte een rol speelt, voordat je het probeert te veranderen.

Gewoonten en dopamine

Een gewoonte ontstaat niet voor niets. Het levert je brein een bepaalde beloning of gemak op. Een stofje in je brein die betrokken is bij beloningen is dopamine. Een voorbeeld: tijdens het eten van iets lekkers worden je dopamine-producerende neuronen actief, want lekker eten is fijn. Als je elke keer bij thuiskomst iets lekkers eet, worden deze neuronen al bij thuiskomst actief. Je brein vormt zo een associatie tussen het thuiskomen en de beloning. Door deze connectie in je brein wordt de kans groter dat je het gedrag in de toekomst herhaalt, zonder erbij na te denken. Een gewoonte is geboren!