Cardiotraining is een vorm van lichaamsbeweging gericht op het opbouwen van conditie en het verbranden van energie. Tijdens cardio verhoogt je hartslag en train je het cardiovasculaire systeem, waardoor je conditie verbetert. Voorbeelden van cardio zijn hardlopen, roeien en fietsen.
Als je doel is om je conditie op te bouwen of
calorieën te verbranden, dan is cardiotraining dus een goede optie. Heb je als doel om meer spiermassa op te bouwen en sterker te worden, kijk dan naar
krachttraining.
Gezondheidsvoordelen
Je kunt cardio zien als een training voor het hart en de bloedvaten. Het hart is een spier en naarmate je het meer traint, wordt het sterker. Cardio is daarmee een van de beste manieren om je
hart gezond te houden. Het heeft ook andere gezondheidsvoordelen:
- Draagt bij aan een gezonde bloeddruk
- Verlaagt de kans op hart- en vaatziektes en diabetes type 2
- Verbetert opname van suikers in de cellen
- Verbetert de hartfunctie en longinhoud
- Maakt je mentaal weerbaarder
- Draagt bij aan een goede nachtrust
- Stimuleert je verbranding
Cardio en afvallen
Naast het trainen van je conditie, helpt cardio ook bij het afvallen. Dit komt doordat je met cardio behoorlijk wat calorieën verbrandt, waardoor je een groter
energietekort kunt creëren. Hoe groter het energietekort, hoe sneller je afvalt.
Daarbij is het wel belangrijk om ook te letten op je
eetpatroon, anders eet je de verbrande calorieën er gemakkelijk weer aan. Het is moeilijker om 300 kcal te verbranden dan om ze op te eten. Een snickers (240 kcal) heb je binnen 5 minuten op. Om dezelfde hoeveelheid aan calorieën te verbranden met cardio ben je al snel 30 minuten bezig.
Niet elke vorm van cardio verbrandt evenveel calorieën. Over het algemeen geldt: hoe meer spiergroepen je gebruikt en hoe hoger de weerstand is, hoe meer je verbrandt. Dit is waarom men bijvoorbeeld een gewichtsvest draagt om zwaarder te trainen en meer calorieën te verbranden. Activiteiten als hardlopen en roeien verbranden naar verhouding veel energie.
Cardio en vetverbranding
Cardiotraining wordt vaak gedaan bij het afvallen en voor een efficiënte
vetverbranding. Men neemt aan dat je na 20 minuten intensieve training begint met vet verbranden, omdat dan de glycogeen voorraad - de
suiker in je spieren - is verbruikt. Wil je vet verliezen, dan moet je dus langer trainen dan 20 minuten.
Dit berust echter op een
misvatting. Ook als je tijdens het trainen niet de focus hebt op vetverbranding, zorgt het verbranden van koolhydraten tijdens het sporten ervoor dat je later op de dag meer vet verbrandt. Je verliest immers vet zo lang je een energietekort creërt en dat hangt niet alleen af van wat je tijdens de cardio doet, de periode daarna telt net zo hard mee.
Plaatselijk vet verbranden
Net als bij
krachttraining, kan je met cardio niet zorgen dat je lichaam op een bepaalde plek vet verbrandt. De oefeningen die je kiest maken geen verschil - met fietsen verbrand je niet meer vet op je benen en met boksen niet meer op je armen. Wel gaat het er strakker uitzien als je meer spieren ontwikkelt. Plaatselijk vet verbranden is dus niet mogelijk: je lichaam bepaalt waar het zijn vetreserves aanspreekt.