Gedragsverandering vindt plaats wanneer iemand zijn/haar gewoonten veranderd (het waarneembare gedrag) of wanneer iemand zijn denken en voelen verandert (het innerlijke gedrag) . Je verandert je gedrag door er zelf bewust mee bezig te zijn, door te leren, of door invloeden vanuit de omgeving. Hierbij is motivatie - de wil om te veranderen - een belangrijke voorwaarde voor verandering. Er zijn 5 fasen van gedragsverandering (stages of change) volgens het transtheoretisch model. Allereerst de ontkenningsfase, hierbij ontken je nog dat je een probleem hebt en dat er geen gedragsverandering nodig is. Vervolgens heb je de erkenningsfase, hierbij erken je dat je een probleem hebt en je wil veranderen. Het probleem is dat je nu nog niet weet hoe. Daarna heb je de verkenningsfase, dit is de fase waarbij je plannen gaat maken over hoe je gaat veranderen. Wanneer je de plannen hebt gemaakt kom je in de actiefase. In deze fase voer je de gemaakte plannen uit. Tot slot kom je in de volhoudfase. Nu moet je nog nog je gedragsverandering gaan volhouden.Natuurlijk is het volhouden niet altijd even makkelijk en kan er een terugval plaatsvinden. Indien dit gebeurd en je een fase achteruit gaat, kan je het veranderproces vanaf die fase opnieuw doorlopen. Lukt dit je niet alleen, maak dan gebruik van cognitieve gedragstherapie. Je buigt hierbij je negatieve gedachten om naar positieve gedachten wat op zijn beurt weer kan leiden tot nieuw en beter gedrag.